Shadow

Recordaantal slagveldtoeristen in Vlaamse Westhoek

In 2013 bezochten 415.500 bezoekers uit binnen- en buitenland minstens één WOI-site in de Vlaamse Westhoek. Dat is 16 procent meer dan in 2012.

© Milo Profi Photography
© Milo Profi Photography

Van de slagveldtoeristen komt 56 procent uit het buitenland. Het gaat dan vooral om Britten en Nederlanders. Nooit eerder bezochten zoveel bezoekers de oorlogssites in de Westhoek. Dat blijkt uit cijfers die Westtoer, de toeristische dienst van de provincie West-Vlaanderen, gisteren bekendmaakte. Dit jaar is het honderd jaar geleden dat de Eerste Wereldoorlog uitbrak.

Het aantal bezoekers werd door Westtoer berekend door op 10 belangrijke musea en begraafplaatsen de bezoekers te registreren en in kaart te brengen. De 10 locaties samen noteerden 1.265.000 bezoekers. Gemiddeld bezochten die bezoekers drie sites. Het aantal unieke bezoekers komt daarmee op ruim 415.000.

Toenemende internationale belangstelling

De groei in vergelijking met 2012 zit vooral bij de buitenlandse bezoekers, wat wijst op een toenemende internationale belangstelling voor de herdenking van WOI. Maar liefst 56 procent van de WOI-bezoekers komt uit het buitenland. De Britten zijn hier met 154.700 of 37 procent het sterkst vertegenwoordigd. Voor hen maken veel oorlogssites deel uit van hun eigen erfgoed. Maar ook bezoekers uit Nederland (47.100 of 11,3 procent) laten zich niet onbetuigd. 44 procent van de WO-I bezoekers (183.200) komt uit eigen land. Opvallend voor die binnenlandse bezoekers is dat 95 procent van hen uit Vlaanderen komt.

De meest bezocht sites zijn Tyne Cot Cemetery, de Menenpoort en het In Flanders Fields Museum. Daarnaast bezoeken Britse bezoekers vooral de Duitse begraafplaats in Langemark, Essex Farm Cemetery en het Canadian Memorial Sint Juliaan.

Zoek een vakantiepark of vakantiehuis in Belgie.

Waardeer dit artikel post

Inschrijven gratis nieuwsbrief

Privacy *